Bergavonturen zijn niet voor watjes - Reisverslag uit Buşteni, Roemenië van Jordy Krasenberg - WaarBenJij.nu Bergavonturen zijn niet voor watjes - Reisverslag uit Buşteni, Roemenië van Jordy Krasenberg - WaarBenJij.nu

Bergavonturen zijn niet voor watjes

Door: Webmaster

Blijf op de hoogte en volg Jordy

22 September 2010 | Roemenië, Buşteni

Stranden, steden en bossen hadden wij al gezien. Vooral de steden heb je op een gegeven moment even genoeg van en Roemenie bied daar een geweldige oplossing voor: het Kaspische gebergte. Ik keek er al een tijdje naar uit om weer de bergen te beklimmen na een goede ervaring in Montenegro’s Durmitor National park. Daarbij waren wij wel toe aan een goede detox kuur. Wij moesten zeer vroeg op voor de trein naar Busteni, een dorpje dat een grote kabelbaan heeft die ons naar boven kon takelen. Wij waren net iets te laat. Maar voor het eerst was het een zegen dat de Roemeense treinen consequent falen in op tijd rijden. Doordat wij een uur vertraging hadden konden wij net de trein redden. Dat was maar goed ook, want aan de kassa liep het niet al te soepel, omdat de vrouw de heel tijd Boekarest hoorde in plaats van Busteni. Het was weer op zijn Pools zoeken naar het juiste spoor. Gelukkig hadden wij nu dus even de tijd en eenmaal gevonden hoefden wij niet lang meer te wachten op de trein. De trein was toe aan een goede restauratie, wat ik wel symbolisch vond voor onze fysieke staat. De hele reis liep langs de berg en rondom deze berg was het een en al groen. Aangekomen in Busteni volgden wij weer is de meute door het centrum. Bovenaan het dorp vonden wij de kabelbaan, maar de wachttijd was meer dan wij hadden gehoopt op deze zomerse dag. In het nabije hotel gingen wij informatie inwinnen en konden wij onze tassen achterlaten. Alleen wat wij noodzakelijk achtten namen wij mee. Bij de informatie vertelden zij mij dat het zeer druk op de bergen was en dat het zou kunnen dat de cabana’s wel is vol konden zijn. Ook kun je beter eten en drinkwater meenemen want dat was er boven niet. Dit leek mij weer is de gewoonlijke onzin van informaties bureaus die het eigenlijk allemaal niet weten, en dan toch maar wat zeggen. Onze vermoedens werden later door andere klimmers bevestigd, ja er was water en voedsel beschikbaar op de berg. Wij hadden inmiddels als besloten, omwille van het avontuur, een tent aan te schaffen. Als wij dit aan mensen vertelden maakten zij meteen berengeluiden en werden wij voor gek verklaard. Nou hadden zij natuurlijk niet helemaal ongelijk, want volgens Zev zijn broertje waren wij ook maar 62% in orde. Maar zoals wel vaker zijn mensen vaak bang voor wezens en andere mensen die zelden kwaad willen doen. Al moet wel gezegd worden dat Roemenen natuurlijk wel een nare historie hebben met wezens die hun maar al te graag in stukjes zouden rijten. Ook kocht Zev nog een slaapzak en beide een pet. Nog steeds waren wij er niet aan toe om in de rij te gaan staan dus nuttigden wij eerst nog even een pizza. Daar bood iemand ons zaklampen aan voor de verkoop. Nou aanbieden, hij legde zijn verkoopswaar gewoon even op tafel en liep weg. Na lang gestaard te hebben leek het ons toch wel handig een zaklamp te kopen! Maar goed dat wij dat gedaan hebben. Van uitstel kwam deze keer geen afstel dus moesten wij er toch echt aan geloven. Zev was iets vergeten en rende terug naar het hotel. Niet dat er haast was, maar het is wel ongezellig in je eentje in de rij. Hij kwam terug met wc papier, ook niet onbelangrijk in het wild. Tenzij je bladeren een goed alternatief vind? Kort daarna ging hij weer terug om iets te halen, maar deze keer kwam hij gelukkig met ijsjes terug. Na lang, zeer lang te hebben gewacht konden wij dan eindelijk de kabelbaan in. Zoals de Belgen zouden zeggen, een plezante rit. Wij hadden een uitzicht over bergen en zagen zelfs een of andere bok zitten op een klif. Bijna bovenaan de berg stonden de zigeuners alweer klaar met heerlijke besjes en mais. Ik kon meteen de trui aantrekken, want voor mij was het al gauw te koud. Wij liepen naar de herberg om even goede informatie te krijgen. Toen wij vroegen of het met de tent mogelijk was te kamperen, werden vanzelfsprekend weer alle berenverhalen uit de kast getrokken. Vrouw door beer opgegeten en dat soort. Het mooiste verhaal was een recente. Een jaar geleden waren twee jonge gasten, net als wij dus, in een tent, ook net als wij, aangevallen door een beer. Die had de tent in zijn geheel opgetild en een van de jongens zijn arm gebroken. Deze yoghi beer wilde echter alleen de jam die in de tent lag hebben. Het advies was dan ook absoluut geen voedsel in de tent te bewaren. Wij hadden echter een heel wapenarsenaal aangeschaft in Bran en een stukje berensteak leek ons wel iets om te proberen. Je moet lokale specialiteiten proberen toch? Met het idee dat het was is een pittige wandeling kon worden en dat ik wel is had gelezen dat chocola helpt tegen spierpijn, nam ik een lekker warm kopje chocolademelk. Ons doel die dag was de berg Omu, dat blijkbaar man betekent. Dit is het hoogste puntje van het Kaspische gebergte. Zo rond de 2505 meter volgens de kaart. Onderweg zagen wij gekke rotsformaties, kuddes met schapen en natuurlijk spectaculaire uitzichten. Uitkijkend op een vallei voelde ik mij net als de persoon in het schilderij van Caspar David Friedrich, Nature and the Meaning of life. Als je staat te kijken naar de grootsheid van het geheel, voel je je heel nietig. Dus dierenknuffelaars die zich willen inleven hoe het is om een mier te zijn, moeten vooral de bergen beklimmen. Ik had het wel even zwaar op een gegeven moment. Dat alleen maar bult opgaan werkt goed in op de beenspiertjes. Bij Omu, was ik dus officieel een man. Blij met deze prestatie kon ik niet wachten om even lekker te eten. Maar een ene Tiberius, naar de Romeinse keizer, vond het nodig om nog een gesprekje aan te gaan. Zijn zoon heette Octavius, ook naar een Romeinse keizer, en de rest van de familie kregen ook allen Romeinse namen. Hoe interessant zijn verhalen ook waren, wij waren toe aan eten. Eerst zochten wij een geschikte locatie om onze tent op te zetten. Makkelijker gezegd dan gedaan op een top van een berg. Beschutting was er nauwelijks en de ondergrond is natuurlijk van steen. De haringen gingen er dan ook met moeite in en wij vervingen sommige plekken met stenen. Je wil natuurlijk niet dat je tent ineens onder in Busteni wordt gevonden als je even weg bent. Na lekker wat gegeten te hebben uit het ruime menu van twee opties konden wij nog even genieten van zonsondergang. Na al die warme temperaturen van de afgelopen tijd, was de kou van de berg net alsof ik al een week in mijn nakie op Antarctica vertoefde. Wij deden een poging om vuur te maken met beetje hout dat bij elkaar gesprokkeld kon worden. Een stenen omhulsel moest de warmte vasthouden en de wind tegenhouden. Dit slaagde maar deels en de warmte ontsnapte aan alle kanten. Echt warmer kregen wij het er niet door, maar het had wel een magisch effect. Wij hadden wat van deze hete stenen gepakt om ons te verwarmen in deze koude nacht. Ik had nog een matje, maar Zev lag heerlijk op de stenen onder de tent. Niet dat het matje veel hielp. Daarbij lag de tent net iets te schuin, waardoor ik de hele tijd tegen de tent aanschoof. En je raadt het al Zev schoof met mij mee. Krappe bedoeling dus, maar de kou was de grote boosdoener. Zelfs in mijn slaapzak en warmste kleding zat ik de rillen als een rietje. Lekker die extremen, eerst het bed uitgezweet worden in Moskou en nu als een ijslolly vastgevroren aan mijn slaapzak. Maar beide hebben uiteindelijk wel hetzelfde effect. Slapen is gewoon onmogelijk!
Later toen het wat warmer werd heb ik nog even geslapen. Zev had al ontbeten rond deze tijd en ik volgde kort daarna. Ik kreeg echter geen ontbijt meer, ik was te laat. Dus kreeg ik hetzelfde als de avond daarvoor worstjes en aardappelpuree. Het was weer tijd om onze route te vervolgen. Wij namen niet de meest conventionele routes. Dat kon afgeleid worden uit het feit dat wij geen mens tegenkwamen, de hele weg niet. Onze volgende cabana, genaamd Maleiesti, lag ergens in een vallei. Dit betekende niet dat het vanaf nu alleen maar bultafwaarts was. Sterker nog, het eerste wat wij moesten doen was meteen omhoog. Soms raakte wij het pad ook helemaal kwijt, waardoor er een onmogelijk beklimbaar berg voor ons opdoemde. Midden op een van de bergen gingen wij even zitten. Ik genoot van de zon terwijl Zev zijn gitaar pakte. Na deze, naar mijn gevoel, veel te korte pauze was het weer bergopwaarts. Om elke hoek wordt je geconfronteerd met de adembenemende schoonheid van dit gebied. Evenals bij de Kremlin, lijkt elke andere positie een nieuwe blik te brengen. Het gevaar van steenlawines werd ons ook duidelijk toen wij een grote steen naar beneden lieten vallen om te kijken hoever die zou rollen. De steen verdween uit zicht en ineens hoorden wij harde knallen doorgalmen onder ons. Wij hadden het dus voor mekaar gekregen een steenlawine te ontketenen. Iets waar wij goed op moesten gaan letten. Na weer een piek te hebben bereikt, was het vanaf nu alleen maar bergafwaarts. Dat maakte het niet bepaald makkelijker, ondanks dat ik dit meer prefereer. Deze route deed mij zeer aan Lord of the Rings denken. De nauwe paden en de diepe afgronden maakten het nota bene ook nog is een gevaarlijk. Dit wordt vooral bevestigd in de vele kruisen die wij onderweg tegenkomen, van mensen die overleden zijn op deze bergen. Zev had op dit pad nog een klein slippertje, waardoor de schrik er goed inzat. Vallen in deze afgrond betekent geheid het einde van jou bestaan op deze planeet. Wij dachten op redelijk tempo de berg af te gaan, maar ons zelfvertrouwen nam goed af toen een troep zwarte berggeiten de bijna verticale berg af kwam vliegen. Wat zullen die geiten gelachen hebben om ons. Even speculeerden wij nog om er een te vangen. Dit is natuurlijk ijdele hoop. Zelfs met geweer zou het weinig zin hebben om die beesten proberen te vangen, omdat de plekken die zij beklimmen voor mensen zonder helikopter gewoon niet toegankelijk zijn. Alsof deze dieren ook nog in staat waren onze gedachten te lezen, begonnen zij met stenen op ons te gooien. Snel wegwezen dus! Eindelijk konden wij onze cabana zien, maar dan ben je er nog niet. Eerst ontdekten wij een geweldige vallei die bij een goede schreeuw je echo een stuk of negen keer weerkaatste. Helemaal beneden, een paar uur. zag ik zelfs mensen lopen. Met hernieuwde krachten struinden wij de berg af. Het leek nog maar een klein stukje toen wij beneden waren, maar het duurde langer dan gedacht. Bij de cabana aten wij naar hartenlust onze magen vol. De energie enigszins weer gevonden, gingen wij op zoek naar een plek om onze tent op te zetten. Langs een riviertje, een paar honderd meter bij de cabana vandaan, zetten wij de tent op. De zon scheen en het heldere water van dit riviertje was ontzettend koud, maar ook drinkbaar. En het mooiste van alles was dat er geen mensen waren. Een soort vallei van Eden. Het riviertje liep langs allerlei kleine watervallen naar beneden. Met de avontuurlijke geest op zak daalden wij deze rivier af via de rotsen. Om even goed wakker te worden namen wij een ijskoude douche onder een van deze watervallen. Al denk ik dat ijskoud het nog niet goed omschrijft. Een paar seconden in dit water doet meer pijn dan een uur in de brandnetels. Het gekke is dat je er spontaan van gaat lachen. Als echte oermensen liepen beklommen wij de rotsen op blote voeten, wat verrassend prettig was na die te kleine wandelschoenen van mij. Ik besloot nog een keer het lot te tarten voor de foto door in een ijskoud bad, dat zich in de rotsen had gevormd, te springen. Ik kon het niet langer dan een paar seconden volhouden en de foto mislukte dan ook compleet. Mijn hele lijf voelde alsof het in brand stond. Ja, zo voelt deze extreme kou. Ik moest en zal een foto hebben van mij in dit koude bad. En bij poging twee probeerde ik er langer in te blijven. Lachen op deze foto was onmogelijk, de kou verkrampte mijn hele gezicht tot groot vermaak van reisbuddy Zev. Lekker fris gingen wij weer naar onze kamp. Bij de cabana at ik natuurlijk weer is worstjes en aardappelpuree. Het dieet van de Roemeense bergen. In de avond deden wij weer een poging om een kampvuur te starten. Deze keer faalden wij miserabel. Te kort aan hout, in de bossen, en een onverklaarbare factor maakten het een slap vuurtje. Zelfs de grote hoeveelheden spinnen konden mee genieten van de warme stenen zonder te verbranden. Deze spinnen zijn heel vervelend, aangezien zij in de honderden om je heen zwermen en in je tent, kleren en tas gaan zitten. Wij lieten het vuur maar voor wat het was en doken de tent in. Weliswaar nog steeds niet echt warm, maar wel een verbetering ten opzichte van de vorige avond.
De nieuwe dag zou ons weer verder brengen naar een andere plek. De spieren weigerden al zeer vroeg dienst dus namen wij even goed onze rust. De dag met een ijskoud bad beginnen helpt natuurlijk en een stevig ontbijt van worstjes en aardappeltjes ook. Ondanks dat wij geen last hadden van muggen, hadden die vervelende spinnen Zev goed te grazen genomen. Deze beesten werden dus in meerdere opzichten heel vervelend. Bij de rivier hebben wij nog wat wilde bessen geplukt voor de vitamientjes en natuurlijk omdat zij zo lekker zijn. Zev ging nog even informatie inwinnen bij een van de lokalen. De volgende cabana was volgens hem acht uur lopen, maar hij liep al snel weg nadat deze uitspraak was gedaan. Niet echt betrouwbaar deze informatie en wij hadden al zulke goede ervaringen hiermee. Een groot brood en een paar bakjes jam en boter schaften wij aan voor onderweg. De wandeling viel al meteen zwaar. Het was heet en alleen berg op. Toen er een immens hoge berg voor ons opdoemde en bleek dat deze beklommen moest worden, veranderde de beentjes wel even in rubber. Daarbij was bestond de steile route uit losse stenen die bij elke beweging naar beneden konden donderen, zoals ik mij maar al te goed kon herinneren van de dag ervoor. Om elkaar niet te verwonden, besloot Zev de ene kant de beklimmen en ik de andere zijde. Eindelijk boven moest ik even uit hijgen. Wij wisten wel een prestatie neer te zetten door mensen in te halen die drie uur voor ons waren vertrokken. Onderweg had ik ook een cowboy hoed gevonden en met John Fogherty op de speakers liepen wij verder. Voor ons was een grote groene vallei. Deze was een stuk prettiger om te af te lopen. Vlak naast het pad zag ik een dode ezel liggen. In zijn geheel aangevreten. Zou er misschien een beer in de buurt zijn? Langzaamaan daalden wij af in bosgebied en de kans dat er beren zouden zijn werd steeds groter. En de jam zat in mijn rugzak deze keer! Na een goed bewandelbare route kwam er een stevige afdaling die niet zonder gevaren was. Ik liep langs een smal pad en uit het niets zakte de grond onder mij vandaan. Ik kon mij nog net vastgrijpen aan een steen alvorens ik de afgrond in was gevallen. Door de adrenaline kon ik mij snel omhoog hijsen. Zev zat nog ver achter mij en kon dus niet helpen. De schade viel gelukkig mee, een paar krassen op de vingers en scheenbenen. In de verte zagen wij een paar tenten in een vallei. Het kon nu toch niet ver meer zijn? Bij de tenten vroegen wij aan de mensen daar hoever de volgende cabana nog was. Dit kon nog we is acht uur zijn. Fijn hoor de Roemeense instructies, weer acht uur! Inmiddels was het al laat en zagen wij weinig mogelijkheden om het voor het donker te halen. Daarbij boden de Roemenen ons voedsel aan en was de rivier dichtbij, zodat wij onze watervoorraad aan konden vullen. Zij moeten wel gedacht hebben, wat een arme stakkers. Levend op brood en jam. Veelvuldig boden zij ons aan om te blijven en uiteindelijk stemden wij toe. Het was nu wel even eten, als wij bleven, of gegeten worden als wij doorgingen. Dus zetten wij ons tentje weer op naast de andere en nu konden wij genieten van de Roemeense gastvrijheid. Remus, Florin, Helen en Lily waren de gastheren en dames. Allen spraken zij Engels wat het een gezellige aangelegenheid maakte. Helen vertelde ons dat er eens per jaar een sterrenregen te zien is vanuit de bergen en je raadt het nooit, maar dat was vandaag. Wat een bofkonten zijn wij. Vanaf een grote rots genoot ik van de zonsondergang en later op de avond konden wij lekker genieten van de soep die onze nieuwe Roemeense vrienden hadden gemaakt boven het grote kampvuur. Ook kon ik eindelijk weer is thee drinken door brandnetel thee te maken. Toen het echt donker werd konden wij met zijn allen op zoek gaan naar vallende sterren. Soms kwamen er dan enorme witte strepen boven aan de hemel die niet iedereen altijd zag. Dat was wel hilarisch, omdat mensen die iets zagen terwijl de rest het niet zag voor gek werd verklaard. Onze laatste grote wandeling zou de dag erna volgen. Iedereen dook toch al vroeg de tent in en buiten was het weer aardig fris. Een warme slaapzak kon ik nu wel weer gebruiken.
De laatste dag van klimmen en klauteren door de bergen. De zwaarste wandeling hadden wij gister al gehad en vandaag zou het allemaal wat makkelijker worden. De route die wij nu volgden was relatief vlak en zeer begaanbaar. Dit betekende wel dat wij nu door berengebied gingen door de grote hoeveelheid bomen in de omgeving. De Roemeense helden gaven ons ook nog is twee blikken met paté mee om onze voedseltekorten te compenseren. Want alle gekheid op een stokje, wij moesten op rantsoen. Het zou een lange wandeling worden en de energie moest goed verdeeld worden. Wij moesten door donkere modderige bossen en zagen zelfs een berenafdruk in de modder zitten. Geen geruststellende gedachte kan ik je zeggen. Beide hadden wij een grote stok in handen om te wandelen, en natuurlijk het eeuwige gevaar van beren. Of natuurlijk Dracula, als die ineens besloot te verschijnen. In de modder zaten ook honderden afdrukken van zwarte berggeiten die hier langs zijn gekomen. Daarbij lieten zij een goede hoeveelheid keutels achter, waardoor Zev op zijn Teva’s flink moest manoeuvreren. Wij doopten deze weg dan ook de zwarte geiten snelweg. Het aantal mensen dat wij tegenkwamen nam nu wel toe. Er bleken daadwerkelijk nog steeds mensen te leven in de bergen van hun vee. Toen wij een boerderij naderden kwamen er negen kolossen van honden op ons af met luid geblaf. Als hondenpersoon vind ik dit geen probleem en al gauw dromden zij om mij heen. De volwassen honden hadden een grote halsband om met spiesen eraan. Omdat er negen honden waren van deze grote en dan ook nog met die spiesen eraan, werd mij meteen duidelijk wat de functie van deze dieren was. Zelfs een beer gaat hier niet proberen het vee te doden. Ook de varkens vonden het leuk om even gedag te zeggen, maar die roken niet al te fris. Wij vervolgden onze weg en stuitten op een houten hutje. Daar stonden allemaal mensen en nieuwsgierigheid trok ons ernaartoe. Het bleek een traditioneel kaashuis te zijn. Het geluk was weer aan onze zijde, eten! De truc was om de traditionele mamaliga te vullen met de kazen. Dit voedsel is nogal machtig, waardoor ik al snel vol zat. De mamaliga bollen met kaas waren zo heet, dat het net leek alsof je aan het jongleren was terwijl je handen in brand stonden. Met een lekker rond buikje liepen voor de groene weiden tussen de koeien en schapen. Met de grote stok die Zev in zijn hand had, leek hij net een schaapsherder. Die was er ook ergens, maar deze man lag lekker in het gras te genieten van zijn oude radio en de zon. Nadat wij langs een grote groep paarden gekomen waren, werden wij verwelkomd door een orkest van koeienbellen. Het geluid galmde door het dal en ik zette zelfs Elvis ervoor af. De cabana waar wij nu zouden rusten heette Padina. Deze omgeving was echter niet lang onderdeel van het paradijs. Eerder leek het op een groot zigeunerkamp, of een Hollandse feestcamping. Overal lag stront van dieren en ook mensen. Het was een flinke opgave om dit allemaal te ontwijken. Te moe om de nieuwe realiteit te bevatten, zetten wij ons tentje voor de laatste keer op bij het grote open veld. Zev vroeg zich ineens af waarom geiten balletjes poepen? Een vraag die onbeantwoord is gebleven. In de cabana hebben zijn uiteindelijk drie menu’s per persoon besteld en een salade die uit augurken bestond. Nu er nauwelijks van de natuur de genieten viel en wij doodmoe waren, zijn wij maar een poging gaan doen tot slapen. Het was wel rumoerig rond het terrein door de honderden feestende Roemeense Sjonnies, maar slapen kon best. Dat veranderde toen de auto naast ons de muziek hard opzette. De speaker van deze auto was al goed opgeblazen. Daarbij is Roemeense muziek verschrikkelijk, een combinatie van zigeuner en Turkse muziek, maar dan met Roemeense zang. Ik lag weer goed wakker.
In ochtend pakten wij bijna alle spullen. De tent, mijn schoenen, toiletpapier en de slaapzak van Zev bleven waar ze waren en misschien zullen zij daar nog wel even blijven. Per ongeluk namen wij de verkeerde afslag, waardoor wij bij een klooster terecht kwamen. Achter dit klooster ligt een gigantisch grottenstelsel. Het was er spekglad en dat kwam niet goed uit, omdat mijn flipflops geen profiel meer hadden. Ook had ik geen trui of iets, terwijl het aardig fris was. Het duurde langer dan verwacht om dit stelsel door te komen, maar dat maakte het niet minder gaaf. Buiten was het weer lekker opwarmen. Vanaf dit punt begon een herdershond ons te volgen. Deze volgde ons helemaal tot aan de kabelbaan. Gelukkig was er naar beneden geen wachttijd. Terug in Busteni haalden wij onze spullen op bij het hotel en konden de tassen weer gepakt worden. Het bergavontuur zat er weer op maar zit diep in het geheugen gegrift als een geweldige ervaring.

  • 22 September 2010 - 14:12

    Jan Jansen:

    Mooi verhaal weer Jordy!

    Groeten,

    Jan

  • 22 September 2010 - 22:04

    Vincent:

    Ik lag weer helemaal dubbel ! Vincent

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Roemenië, Buşteni

Back in the USSR

Een geslaagd jaar studeren is weer voorbij en de reiskriebels zijn weer toegeslagen. Mijn goede vriend Zev en moi, hadden het al een tijdje over deze reis gehad en besloten het dit jaar de praktijk te brengen. Twee maanden door de voormalige USSR met als afsluiter Istanbul, Belgrado en Budapest. Transport: by any means possible. We beginnen in Gdansk(Polen), waar we onder andere het grootste kasteel van de wereld kunnen bezoeken en het Heineken open'air festival. Vervolgens proberen wij door het kleine stukje Rusland te trekken om langs een grote zandduin te trekken naar Litouwen. Maar zoals het er nu voorstaat met de visums kan dit nog wel is problematisch worden. Desalniettemin is de volgende locatie Vilnius. Van daaruit vertrekken we naar Riga, waar wij kunnen couchsurfen bij een Letse dame die mij ooit in Amsterdam bezocht heeft. Na dit bezoekje wacht Tallin in Estland, waar leuke strandfeesten zijn en volgens de Lonely Planet een geweldige partyscene. Na Talinn volgt ST. Petersburg in de Rusland. Dit beschouwen wij zeker als één van de hoogtepunten van deze reis. Hoogtepunt twee bevindt zich in hetzelfde land en dat is natuurlijk Moskou. De Kremlin is het boegbeeld van de voormalige USSR en daarmee een 'must' voor deze reis. We verlaten Rusland voor Wit-Rusland, de laatste Europese dictatuur. Hier valt echter niet heel veel te beleven en de visum was behoorlijk overpriced, dus nemen wij alleen een transit visa. Wij hebben dan 48 uur de tijd om het land door te komen. Kort bezoekje aan Minsk hoort daar zeker bij. Na Minsk door het voormalig gebied van Chernobyl naar Kiev, de hoofdstad van Oekraïne. Het schijnt nogal bloedheet te zijn in de zomer, en aangezien we in augustus hier aan zullen komen trekken we na Kiev door naar de stranden van de zwarte zee. We beginnen in Odessa, het Lorett de Mar van Oekraïne. Even lekker bijbruinen en van de stranden genieten. Daarna volgt het armste en waarschijnlijk verdeelste land van Europa: Moldavië. We hebben hier echter niet heel veel te zoeken en kijken meer uit naar de volgende locatie: Roemenië. We beginnen in de hoofdstad Boekarest om het grote paleis van Ceausescu te bekijken. Daarna vertrekken we naar Brasov, het Volendam van Roemenië. Van hieruit willen we hiken door Transylvannië en daar op weerwolfen en vampierenjacht gaan. Als wij de dracula tanden bemachtigd hebben gaan we weer de kust af. Bulgarije is het volgende doelwit. Vanuit de Bulgaarse kust hopen wij een boot te kunnen pakken naar de derde toplocatie: Istanbul! Hier kijk ik vooral naar uit. Na twee jaar mediterraanse geschiedenis te hebben bestudeerd, met in het bijzonder de Ottmanen, ben ik wel erg benieuwd naar deze miljoenenstad. Ondanks dat ik al drie keer de Turkse kust heb aangedaan, heb ik toch weinig meegekregen van het land. Hopelijk dat Istanbul mij wat meer kan vertellen. Vanaf hier moeten we de weg terug in gaan zetten. Eerst gaan we naar Sophia in Bulgarije. Daarna volgt Belgrado, waar we zeker een nachtje gaan stappen. Vorig jaar is deze stad mij zeer goed bevallen en is daarom een tweede bezoekje waard. Hetzelfde geldt voor Budapest. Van hieruti proberen we als de tijd op is een vlucht terug te boeken. Als er tijd over is gaan we gewoon lekker verder. Free as a bird :)

Recente Reisverslagen:

20 Januari 2011

Casa Deresckey

12 Januari 2011

Samba in Servië

11 Januari 2011

Latex pakjes en roze pruiken

06 Januari 2011

'So' fia slecht nog niet

09 November 2010

Ik heb veel vrienden in Istanbul
Jordy

Actief sinds 18 Juni 2006
Verslag gelezen: 407
Totaal aantal bezoekers 136597

Voorgaande reizen:

03 Augustus 2014 - 14 Februari 2015

Kiele Kiele Koeweit

03 Juli 2010 - 03 September 2010

Back in the USSR

27 Juli 2009 - 28 Augustus 2009

Oost-Europese interrail

28 Maart 2006 - 02 Juli 2006

Mijn eerste reis

02 April 2012 - 30 November -0001

Mi Viaje A Tráves de Las Américas

Landen bezocht: