Cholitas en Isla me Hol
Blijf op de hoogte en volg Jordy
13 Maart 2013 | Bolivia, Copacabana
Wij liepen gezellig rond en kwamen al gauw tot de conclusie dat Bolivia heel goedkoop was. Vanavond even lekker uitpakken in het hartje van Copacabana. Wij aten in het enige gezellige restaurant van die dag en het was veel beter dan mensen ons hadden verteld. De bedizening was maar een anderhalfuur te laat en liet het ook heel fijn niet weten dat het mis was gegaan in de keuken. Precies zoals het hoort dus. Na een poging een fictief bedrag aan mij te presenteren, vond ik het wel weer meer geweest voor de dag.
Laura verliet ons in de ochtend voor La Paz en Marleen en ik besoten lekker door het stadje te slenteren. Wederom de leuke marktjes waren er te zien en een mooie kerk in Moorse stijl. Het meer zag er een stuk mooier dan in Puno en er hing een gezellige hippieachtige sfeer. De cholitas zaten met hun dikke reten en bolhoedjes de hele dag een beetje te zitten en verveeld te zijn als je wat kocht. Het mooiste aan de cholitas zijn toch wel de tanden, want ondanks dat zij geen nieuw gebit kunnen betalen, kunnen ze wel de hele mond met goud laten vullen.
Desalniettemin vond ik het hier prachtig. Het was weer eens wat compleet anders. Er gebeurde mij daarnaast nog wat vreems, want ik zag ineens een bekend gezicht in de straten. In hippie waarmee ik in Quebec City had gecouchsurfed liep daar ineens rond. Hij zou naar India en Nepal gaan, maar besloot dat dit niet genoeg was en zo was hij ook nog in Bolivia beland. Klein wereldje is het toch af en toe. Wij bezochten ook nog een poncho museum, waardoor ik dacht: Die wil ik ook! Ook gebeurde er nog iets bij het doen van de was. Wij haalden onze spullen op en de tassen waren ineens zo licht. Was de kleding dan zo vuil geweest? toen wij even goed keken bleek de helft van de kleding er niet te zijn! De cholita, keek ons verbaasd aan terwijl haar baby vlakbij in een hondenbak lag. Toen gaf ze haar zoon of neefje een veeg uit de pan en die vond de kleding nog in de droger. Gelukkig, dus niet gejat.
De regenachtige dagen van daarvoor leken ook aan ons voorbij te gaan hier en dat beviel goed. Ik nam aan dat dat kwam door de nabijheid van Isla del Sol. Daar moesten wij heen dachten wij! Na genoeg tijd in Copacabana te hebben doorgebracht, namen wij de dag erna de boot naar Isla del Sol. Het was vroeg en de motor had blijkbaar geen filter. Ik had uberhaupt het idee dat de boot gewoon door lokale mensen in elkaar was gezet en er vervolgens een goedkoop motortje achter was verplaatst. Door niet te diep te ademen wist ik mijzelf te besparen van verschillende longziektes, maar prettig was het allerminst. Op het eiland konden wij aan de hoge trappen zien dat het geen gemakkelijk wandeling zou gaan worden. Vooral niet met die zware rugzakken op.
Marleen zag het helemaal niet zitten. Isla del Sol, Isla me Hol!! Er viel wel wat energie te putten uit het feit dat wij een groep bejaarden eruit liepen. Ja, in zo'n fysieke staat zijn wij dus beland. De oudjes herinnerden mij eraan hoe graag zij weer jong wilden zijn en daardoor vond ik het helemaal weer tijd om door te gaan. Bovenaan waren er verscheidene accommodaties, waarvan er een op het inernet stond. Dit bleek achteraf gezien helaas niet de beste te zijn. De cholita bleek nogal je ware dwangneuroot. Het eerste conflict onstond al in de keuken, want ik mocht niet zelf mijn thee maken. Daar moest ik toestemming voor vragen en betalen. Nou, dan heb je aan mij een goeie.
De stemming was weer gezet, maar Marleen en ik besloten wat te gaan lopen rond het eiland. Het was lekker zonnig. Het eiland deed zijn naam dus eer aan. Het ware verlaten en modderige weggetjes, met af en toe een oud mens met zware belading of een ezel met zware belading. De llamas weigeren zware lading, dus dan moet iemand het toch doen. Soms zie je van die oude mensjes met een bepakking groter dan zijzelf op de rug en dan lopen zij op deze hoogte even heen weer van dorp naar dorp. Het zou wel geen makkelijk bestaan zijn.
Na goed van de zon te hebben genoten was het weer tijd om wat te eten, maar alles was dicht. Op een restaurantje/hoteletje na, waar wij het dan maar mee moesten doen. Gelukkig had deze tent een prachtig uitzicht op het meer, waardoor het toch een redelijk succes werd. Terug in ons eigen tentje merkten wij dat het hier s'avonds stervenskoud was! Daar was ik na al die Caribische maanden niet meer op voorbereid. wij gingen dus vroeg naar bed, iets wat de laatste tijd meer regel dan gewoonte is.
De vroeg ochtend dronken wij wat cactussap, wat bijna de hele dag een magische dag maakte. Het was weer erg koud, dus vertoefden wij voornamelijk lekker rustig in ons gele paleisje. Helaas woonde er wel een boze heks onder ons die graag inspecteerde wat je die dag weer had uitgekakt. Ze hoorde het ook graag, dus als je beneden kwam stond ze al weer klaar met polijstkitje. Ik had er op een gegeven moment strontgenoeg van, als ik wilde dat iemand mijn billen afveegde, dan ging ik wel weer thuis wonen. Het ergste was ook nog dat ze onze kamer binnendrong met die rare bolhoed en gouden tanden. Deze poppenkast moest nu echt ophouden! Ik ben toen maar even diep adem gaan halen in een veldje tussen de alpacas en de ezels, maar terug had ik mijn beslissing gemaakt. Het wijs tijd om te gaan. Marleen was er echter al lang op voorbereid en had haar spullen al netjes in de tas. Alsof je elkanders gedachten kan lezen op een gegeven moment.
Wij besloten naar het hotel ertegenover te gaan, waar de zon scheen en de vogeltjes floten. Marleen regelde het met de oude feeks, want ik had er het geduld niet meer voor. De kinderen speelden hier vrolijk rond en eentje ervan leek op paddington. Daarbij was er een lieve puppie en kon je lekker in je eentje naar de wc. Dat was toch echt stukken beter. Marleen en ik zetten onze kont neer op een bankje op het terras en kwamen daar tot het donker was niet meer vandaan. Het uitzicht op het meer was geweldig en in de verte schoten er bliksemschichten door een wolk in de vorm van een atoombomexplosie. Dit werd toen het donker werd natuurlijk steeds gaver, vooral toen de sterrenhemel zich boven ons opende. Waar moest je nu kijken? De kou overviel ons weer en nadat een kleedje zelfs niet meer hielp was het tijd voor mijn bedje. Geen nachtmerries over neurotische strontgeobserdeerde cholitas alstublieft!
De volgende dag was het weer tijd om uit te varen. De weg terug was natuurlijk een stuk makkelijker dan heen en in de haven namen wij een boot terug met raampjes, waardoor ik een stuik vrijer kon ademen. De zon scheen weer! Wat toch echt een wereld van verschil maakt in dit anders koude gebied. Marleen en ik genoten van op de terrasjes van Copacabana aan het meer met een wijntje liepen door dezelfde straten die wij al honderd keer hadden doorlopen. Het kopen van spullen of dingen is heir een hele opgave. Soms hebben de mensen nog geen wisselgeld voor $0,10 cent. Het is een heel opgave om dus gepast geld terug te krijgen!
Iets waar je als Nederlander toch wel op staat!
Wij deden nog even lekker rustig aan hier in dit fijne dorpje, maar de grote stad riep ons. De bus naar La Paz vertrok regelamtig dus was er geen haast, maar het is toch lekker om op tijd aan te komen. Met de bus reden wij langs het Titicaca naar de hoofstad. Wederom in een zelfgebouwd bootje moesten wij het water oversteken, waar je dan toch even je hart vasthoud met zo'n grote bus op een vlot. In de grote stad namen wij een taxi naar de hostels. Het stadsleven en feestleven kon weer beginnen!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley